Epilepsie

Diagnose, behandeling en prognose

Diagnose epilepsie

Honden die lijden aan primaire epilepsie ogen gezond en gedragen zich normaal in de periodes tussen de aanvallen. Als je dierenarts je hond op dat moment onderzoekt, zal hij/zij hoogstwaarschijnlijk niets vinden.

Daarom is de informatie die je dierenarts kunt geven heel belangrijk. Een video-opname van je hond tijdens een aanval, of een dagboek waarin je de aanvallen bijhoudt, kunnen je dierenarts helpen. Je leest hier meer over op de pagina Praktische hulpmiddelen.

Diagnostiek primaire epilepsie

De diagnose ‘primaire epilepsie’ wordt meestal gesteld door andere mogelijke oorzaken van de aanvallen uit te sluiten.

Na een lichamelijk onderzoek kan je dierenarts aanvullende onderzoeken voorstellen om de gezondheidsstatus van je hond goed in kaart te brengen. Er wordt dan ook vaak een bloedonderzoek uitgevoerd. Daarmee kan de dierenarts bepalen of de lever- en nierfuncties normaal zijn, en of er geen tekenen zijn van een te lage bloedsuikerspiegel of infecties. Het bloedonderzoek levert ook informatie op over enkele basiswaarden, die nuttig kunnen zijn als er wordt gestart met een medicatie.

Andere onderzoeken die je dierenarts kan adviseren zijn:

  • een CT- of een MRI-scan van de hersenen;
  • afname van spinale vloeistof, waarbij de vloeistof rond de hersenen en het ruggenmerg wordt onderzocht; of
  • een EEG-onderzoek, waarbij de hersenactiviteit wordt gemeten.

Onderdeel behandelteam

Het is heel onwaarschijnlijk dat je hond een epileptische aanval krijgt waar je dierenarts bij is. Daarom is het belangrijk dat je de aanval tot in detail kunt beschrijven. Voor je dierenarts kan het zeer nuttig zijn dat je nauwkeurig een epilepsiedagboek bijhoudt. Je dierenarts wil waarschijnlijk o.a. het volgende weten:

  • Hoe lang duurt de aanval of duren de aanvallen?
  • Op welk moment van de dag vinden de aanvallen plaats?
  • Hoe gedraagt de hond zich vóór en na de aanval?
  • Details van de aanval zelf; bij voorkeur door het maken van een filmpje.

Zie Praktische hulpmiddelen voor aanvullende informatie

Feit: honden met primaire epilepsie hebben vaak normale bloedwaarden.

 epilepsie-dashond-onder-deken_1000x650

Behandeling epilepsie

Ondanks het feit dat honden niet van epilepsie kunnen genezen, kunnen de dieren wel behandeld worden, zodat een lang en vrolijk leven mogelijk is. Er zijn verschillende medicijnen beschikbaar die langdurig kunnen worden toegediend. Deze zullen vaak niet volledig kunnen voorkomen dat de hond aanvallen krijgt, maar ze kunnen het aantal aanvallen wel verminderen.

Het effect van de behandeling verschilt van geval tot geval. Het is daarom belangrijk om hier met je dierenarts over te praten. Er zijn verschillende stappen nodig om tot een goede behandeling te komen.

Stap 1: Het bepalen van de gezondheid van je hond
Voordat je dierenarts medicijnen tegen epilepsie voorschrijft, zal hij/zij van je willen weten hoe vaak de aanvallen voorkomen en hoe ernstig ze zijn. Mogelijk komen jij en je dierenarts tot de conclusie, dat de aanvallen te licht van aard zijn. Of niet frequent genoeg zijn voorgekomen om een levenslange behandeling met medicijnen in te stellen. Het is in ieder geval altijd belangrijk om nauwkeurig een epilepsiedagboek bij te houden. Lees meer hierover op de pagina Praktische hulpmiddelen.

Stap 2: Starten met de behandeling
Als je hond medicijnen tegen epilepsie krijgt voorgeschreven, houd er dan rekening mee dat er tijd voor nodig is om te bepalen welk medicijn en dosering het beste bij je hond past. De eerste weken van de behandeling zal je dierenarts dan ook regelmatig je hond willen controleren. Als je je zorgen maakt over je hond of de behandeling, neem dan altijd contact op met je dierenarts.

Stap 3: Toedienen van medicijnen
De meeste medicijnen worden via de mond toegediend. Het toedienen moet regelmatig en het liefst op ongeveer hetzelfde tijdstip van de dag plaatsvinden. Wijzig of stop NOOIT met het toedienen van de medicijnen zonder eerst met de dierenarts te overleggen. Het plotseling stoppen met medicijnen kan ervoor zorgen, dat je hond een aanval krijgt, en dat het dier met spoed behandeld moet worden.

Stap 4: Regelmatige controle
Als er een medicinale behandeling is gestart, zal je dierenarts na verloop van tijd je hond willen controleren. Mogelijk wil je dierenarts ook een bloedonderzoek uitvoeren. Overleg eerst of je dierenarts de hond wil onderzoeken vóór of na de dagelijkse medicijntoediening. En vergeet niet het epilepsiedagboek van je hond mee te nemen.

Stap 5: Stoppen of overgaan op andere medicijnen
Wijzig of stop NOOIT met het toedienen van de medicijnen zonder eerst te overleggen met je dierenarts. Normaal gesproken moeten medicijnen voor epilepsie levenslang worden toegediend. Verhogen van de dosis zonder dat de hond door je dierenarts is gecontroleerd, kan leiden tot (ernstige) bijwerkingen.
Het verminderen van de dosis of het stoppen met de toediening van het medicijn kan aanleiding zijn tot epileptische aanvallen. Ook kunnen andere medicijnen van invloed zijn op de epilepsiebehandeling, dus ook in dit geval moet je ALTIJD je dierenarts raadplegen. Noteer elke verandering in de toediening of dosering van de medicijnen in een epilepsiedagboek.

Stap 6: Houd een dagboek bij
Het is belangrijk om iedere aanval nauwkeurig te noteren in een epilepsiedagboek en epilepsiekalender. Neem deze ingevuld mee naar ieder bezoek aan de dierenarts. Ze zijn ervoor bedoeld om jou en je dierenarts te helpen de gezondheid van je hond goed in de gaten te houden.

Achteraf is het geheugen minder scherp dan op het moment waarop de aanval gebeurde. Door dan direct notities te maken, kun je het achteraf nauwkeuriger omschrijven richting de dierenarts wat er gebeurde. Dit maakt het voor de dierenarts eenvoudiger om een passend advies te geven. En om goede keuzes te maken met betrekking tot de behandeling van epilepsie van je hond. 

Prognose: de volgende stap

Als eenmaal de diagnose epilepsie gesteld is, en de behandeling is gestart, dan is het in ieder geval belangrijk om regelmatig op controle te blijven komen bij de dierenarts.

Onder controle

Epilepsie is een chronische aandoening. De hond is niet te ‘genezen’. Wel is epilepsie vaak dusdanig te behandelen, dat je samen met je hond alsnog een lang en gelukkig leven kunt leiden. Maak samen met je dierenarts een plan om de epilepsie beheersbaar te maken en te houden.

Elke hond anders is en de aanvallen kunnen variëren in ernst en type. Daarom is het verstandig dat je je goed door de dierenarts laat informeren. Bijvoorbeeld hoe je het beste met de epilepsie bij je hond om kunt gaan.

Als eigenaar ben je een belangrijk onderdeel van het behandelteam van je hond met epilepsie. Samen kun je ervoor zorgen dat je hond een zo goed mogelijke kwaliteit van leven behoudt.

De volgende stap

Om meer te weten komen over de behandeling en zorg van je hond met epilepsie, kijk bij Omgaan met epilepsie bij de hond op deze site.